Schimmige totstandkoming

Naar aanleiding van Nova, 3 september 2009 

Gelukkig gaat het inmiddels beter met de minister Verburg, maar het onwel worden van haar, leverde wel een uitzonderlijk televisiemoment op. Daarbij denk ik met name aan de stilte die viel bij Van der Ham, nadat de minister in een onsamenhangende zin zei de vraag niet goed begrepen te hebben. Je zag bij Van der Ham de empathische raderen draaien, om van daaruit in een keer te komen tot een verzoek tot opschorting van het beraad als reactie op de voorzitter, die toen nog niets in de gaten had. Dat betekent in mijn ogen dat de samenwerking tussen empathische en rationele vermogens bij Van der Ham erg goed ontwikkeld is. Niet dat ik het daarom altijd met hem eens zou zijn, trouwens.

Bij de minister zag je dat ze de vraag van Van der Ham maar ook haar eigen woorden niet meer goed begreep. Het woord ‘kwintessens’ kreeg ze er nog net uit. Toen ze vervolgens probeerde de formulering ‘niet begrepen’ te vermijden, was ze evenwel niet meer in staat daar een passend alternatief  voor te vinden. De zin werd toen: “Voorzitter, ik vraag de heer Van der Ham om de vraag die hij gesteld heeft nog een keer te herhalen omdat ik daar niet precies de kwintessens van heb … beter gehad.”

Opvallend in die zin is ook de formulering ‘de vraag die hij gesteld heeft.’ Inhoudelijk is het zinsdeel ‘die hij gesteld heeft’ overbodig. Dat de minister die formulering toch kiest, kan erop wijzen dat de vraag haar ontgaan is. Het enige bijzondere waarmee ze de vraag dan kan aanduiden, is dan dat Van der Ham deze gesteld heeft. Ze heeft behoefte de vraag nader aan te duiden, omdat ze niet overziet, dat iedereen weet over welke vraag het gaat. Ze specificeert de vraag op een objectieve manier (namelijk als de vraag die Van der Ham stelt), omdat het subjectief begrip van de vraag bij haar ontbreekt.

De vraag van Van der Ham bevatte de woorden ‘schimmige totstandkoming’. Dit terwijl de minister kampte met de schimmige totstandkoming van haar eigen begrip en woorden. De vraag van Van der Ham bevatte dus onbedoeld een heel directe verwijzing naar haar toestand. Het was wellicht deze verwijzing die uiteindelijk bij haar de emmer deed overlopen waardoor de symptomen versterkten en ze onwel werd.