Waarover men zwijgt …

Naar aanleiding van Buitenhof, 19 december 2010

Op zich doet Van Rompuy het goed als permanent voorzitter van de raad van regeringsleiders van de EU.  We horen wel niet zoveel van hem, maar de regeringsleiders gaan niet rollebollend over straat en de besluitvorming rond een toch wel uiterst gevaarlijke crisis vordert gestaag. Knap bijvoorbeeld vind ik dat men zich niet op korte termijn laat opjagen door speculanten om dat fonds van toch al 750 miljard verder te verhogen. Natuurlijk dient men acht te slaan op de speculanten, maar men laat hen toch niet de agenda bepalen.

Als president van de Europese Unie moet Van Rompuy natuurlijk op zijn woorden passen. Hij gaf tijdens het interview ronduit toe niet transparantie maar kwaliteit van besluitvorming het hoogste goed te vinden. Hij wilde het dan ook niet over de precaire situatie in België hebben. Maar toen de minstens zo precaire situatie in Nederland aan de orde dreigde te komen, koos hij toch voor België als veiliger voorbeeld om zijn punt over het onderscheid tussen positieve en negatieve identiteit te maken.

Ja het was een schok in België geweest toen het Vlaams Belang maar liefs 25% van de Vlaamse kiezers trok. Dan is het een kwestie van negatieve identiteit om als Vlaming van de Walen af te willen of om van de allochtonen af te willen. De werkelijkheid zit complexer in elkaar dan dat dit soort simpele oplossingen werken.

Wat Van Rompuy niet noemde, is dat het in dit voorbeeld net zo goed een kwestie van negatieve identiteit is om van het Vlaams Belang en diens aanhang af te willen. Maar beaamde hij niet dat je juist ook moet luisteren naar wat niet gezegd wordt?